Etiketten
Etiketten
● |
Selecteer Etiketten als materiaalsoort in het softwareprogramma of de printerdriver, of configureer lade 1 of lade 2 voor etiketten. Raadpleeg Laden configureren. |
● |
Controleer of de kleeflaag van de etiketten gedurende 0,1 seconde een temperatuur van 190 °C kan doorstaan. |
● |
Zorg dat de kleeflaag tussen de etiketten nergens blootligt. Op plaatsen waar de kleeflaag blootligt, kunnen de etiketten loslaten, wat papierstoringen kan veroorzaken. Een blootliggende kleeflaag kan ook onderdelen van de printer beschadigen. |
● |
Plaats een vel etiketten niet meer dan een keer in de printer. |
● | |
● |
Gebruik geen etiketten met kreukels, bobbels of andere beschadigingen. |