Netwerkproblemen (alleen HP Color LaserJet 2700n)

Netwerkproblemen (alleen HP Color LaserJet 2700n)


Doorloop de volgende punten om te controleren of de printer met het netwerk communiceert. Druk een configuratiepagina af alvorens te beginnen met deze procedure voor het oplossen van problemen. Raadpleeg Pagina’s met printerinformatie gebruiken.

1.

Zijn er problemen met de fysieke aansluiting tussen het werkstation of de bestandsserver en de printer?

Controleer de netwerkkabels, de aansluitingen en de routerconfiguratie. Controleer of de lengte van de netwerkkabels aan netwerkspecificaties voldoet.

2.

Zijn de netwerkkabels correct aangesloten?

Controleer of de printer via de juiste poort en kabel op het netwerk is aangesloten. Controleer of alle kabels stevig en op de juiste plaats zijn aangesloten. Probeer een andere kabel of maak de aansluiting op andere poorten op de hub of transceiver als de fout zich blijft voordoen. Het oranje activiteitslampje en het groene statuslampje naast de poortaansluiting aan de achterzijde van de printer moeten branden.

3.

Zijn de koppelingssnelheid en de duplexinstellingen correct ingesteld?

Hewlett-Packard adviseert deze instelling in de automatische modus te laten (de standaardinstelling). Raadpleeg Instellingen voor koppelingssnelheid en duplex.

4.

Kunt u de printer ‘pingen’? (Windows)

a.

Klik op Start, klik op Uitvoeren, typ cmd en klik op OK om een MS-DOS-prompt te openen.

b.

Typ ping gevolg door het IP-adres van de printer. Typ bijvoorbeeld: ping 192.168.45.39

Als de pingopdracht succesvol is, verschijnt een lijst met antwoorden van de printer in het venster.

c.

Als u de printer kunt pingen, controleer dan of het IP-adres voor de printer correct is geconfigureerd op de computer. Als de configuratie correct is, verwijder dan de printer en voeg deze vervolgens weer toe.

-of-

Als de pingopdracht is mislukt, controleer dan of de netwerkhubs aan zijn en controleer vervolgens of de netwerkinstellingen, de printer en de computer allemaal voor hetzelfde netwerk zijn geconfigureerd.

5.

Zijn er softwareprogramma’s aan het netwerk toegevoegd?

Controleer of nieuwe programma’s compatibel zijn en of deze goed zijn geïnstalleerd en de juiste printerdrivers gebruiken.

6.

Kunnen andere gebruikers afdrukken?

Het is mogelijk dat het probleem zich slechts op één of enkele werkstation voordoet. Controleer de netwerkdrivers, de printerdrivers en omleiding (opname in Novell NetWare) van het werkstation.

7.

Gebruiken andere gebruikers die kunnen afdrukken hetzelfde netwerkbesturingssysteem?

Controleer of de instellingen van het netwerkbesturingssysteem op uw systeem juist zijn.

8.

Is uw protocol ingeschakeld?

Controleer de status van uw protocol in het configuratierapport. U kunt ook de geïntegreerde webserver, de HP ToolboxFX of Macintosh Configure Device gebruiken om de status van andere protocollen te controleren. Raadpleeg Printerbeheer.

9.

Verschijnt de printer in HP Web Jetadmin of andere beheerprogramma’s?

Controleer de netwerkinstellingen op de netwerkconfiguratiepagina.

Bevestig de netwerkinstellingen voor de printer via het bedieningspaneel.

HP color laserjet 2700 Netwerkproblemen (alleen HP Color LaserJet 2700n)